Aankondiging Sue Me: Mathijs F Schepers in gesprek
| 16 november 2018CONTEXT
DIRK DE WACHTER (DDW): (schenkt voor beiden een glas in) Ik heb je tekst met aandacht gelezen. Het wordt een opdracht om de inhoud niet te veel te “psychiatriseren” – want dat is nu juist waar ik voor sta…
MATHIJS F SCHEEPERS (MFS): Ja, ik zou dat nu net interessant vinden, denk ik.
DDW: … en de psychische bril niet als een soort monolithische verklaring te gebruiken om de complexiteit en de onvoorstelbaarheid van de wereld te kunnen zien.
MFS: Kunt u die nog afzetten, die bril?
DDW: Ik schrijf daarover. Dat is wat ik tracht te doen. Afzetten, dat weet ik niet. Eerder bewust van zijn. Nuanceren. Ook wel eens andere brillen opzetten. Een ‘maatschappelijke bril’ zet ik vaak op. Ik ben gezins- en systeemtherapeut, wat betekent dat de interactie en de context mijn belangrijkste visie op de mens zijn. ‘Das Miteinander’. Dat staat in tegenstelling tot de ‘breinige’ hype in de psychiatrie: “Wij zijn ons brein”, de ‘verschwabing’ van de wereld. (verwijzend naar auteur Dick Swaab, n.v.d.r.). Waarbij alles wordt verklaard vanuit een paternalistisch reductionisme. Waarbij de oplossing bij Amygdala en Dopamine wordt gezocht; het
probleem moet dan zogezegd met medicatie worden aangepakt …
MFS: Daar ben ik niet zo’n fan van, van zuiver wetenschappelijke benaderingen. Kon u dat uit mijn tekst afleiden? Uit wat ik heb geschreven?
DDW: Nu, ik had niet verwacht dat een theatermaker fan zou zijn van dat soort dingen. Die fans vind je vooral in mijn wereld.
De hele beschrijving van dat proces (wijzend naar de tekst) past wel in mijn overtuiging dat mensen bepaald worden door ‘de ander’ – in jouw tekst is dat heel letterlijk zo. Het zijn feedbacklussen die de werkelijkheid bepalen.
MFS: Feedbacklussen?
DDW: Wel, u zegt tegen mij: kom terug en wij worden hoe we samen zijn. Ons zijn is een worden ...
MFS: ... Dat je alleen maar bestaat dankzij de anderen.
DDW: ‘Alleen maar’ weet ik ook niet, maar toch in grote mate. Zo lees ik dat dan toch. Met een andere buurman hadden we een ander verhaal. Het zelfde brein, maar een andere buurman.
MFS: Het is geïnspireerd op het ware leven en in het echt heb ik een poging gedaan om heel dat gebeuren ‘naar het goede te keren’. Maar ik zat klem en dan zei een goede vriend van mij: “Doe er toch iets mee”. En ik zei tegen hem: “Mijn grootmoeder heeft kanker gekregen. Ik was heel jong toen, en ik was er van overtuigd dat dat kwam doordat mensen die heel dicht bij haar stonden haar iets hadden aangedaan. Ze kreeg dat niet uit haar systeem. Ik heb me sindsdien voorgenomen: ik wil dat niét.
Ik ga zoiets nooit de gelegenheid geven om in mij te blijven zitten en woekeren.” De idee “Doe er iets mee” werkte zeer bevrijdend. Ik kon dus van die buurman maken wat ik wou. Het was een soort wonderknop.
DDW: Je gebruikt dus je talenten en je bezigheden om jouw wereld ‘te maken’. Zo vreemd is dat niet. Zoals een muzikant misschien een song zal schrijven.
MFS: En wat doet u? Sorry, nu ben ik u aan het interviewen …
DDW: Ik denk erover na, binnen de kaders die ik hanteer. Die zijn niet alleen neurobiologisch.
MFS: Dus als u in de problemen zou zitten, stapt u naar een collega.
De rest van het ganse gesprek vindt u hier: Aankondiging Sue Me Modderfokker C Skagen